Vanaf 1 januari 2024 zijn er veranderingen doorgevoerd in de inkomstenbelasting. Het belastingtarief voor inkomen uit aanmerkelijk belang in box 2 is aangepast naar twee schijven: 24,5% voor inkomen tot €67.000 en 33% voor het meerdere. Daarnaast is het belastingtarief voor vermogensinkomen in box 3 verhoogd naar 36% in 2024, met een geplande wijziging naar belastingheffing op werkelijk behaald rendement in 2027.
Op 1 januari 2024 trad het nieuwe Besluit onroerende zaken omzetbelasting in werking. Opvallend is de wijziging in de btw-behandeling van servicekosten bij verhuur aan particulieren. Onder het nieuwe besluit worden servicekosten eerder als een afzonderlijke prestatie beschouwd, wat betekent dat verhuurders eerder btw-plichtig kunnen zijn. Ook zijn er veranderingen in de behandeling van opties voor btw-belaste verhuur en de kwalificatie van klinkerbestrating.
De grens voor de startersvrijstelling in de overdrachtsbelasting is verhoogd naar €510.000. Tegelijkertijd is het niet langer mogelijk om belastingvrij te schenken voor woningaankopen, bekend als de ‘jubelton’
De afschrijving voor gebouwen in eigen gebruik beperkt tot 100% van de WOZ-waarde, een verandering van 50% voorheen. Deze regel gold al voor gebouwen die door anderen worden gebruikt.
Verhuurd vastgoed komt niet meer in aanmerking voor de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) en de doorschuifregeling aanmerkelijk belang (DSR ab). Dit heeft gevolgen voor belastingvrijstelling bij schenkingen en overdracht van aandelen.
Het pakket Belastingplan 2024 verlengt de Energie-investeringsaftrek (EIA), de Milieu-investeringsaftrek (MIA), en de Willekeurige afschrijving milieu-investeringen (Vamil) tot ten minste 31 december 2028. Het aftrekpercentage van de EIA is echter verlaagd van 45,5% naar 40% vanaf 1 januari 2024.
Beleggingsinstellingen die in Nederlands vastgoed beleggen, verliezen vanaf 1 januari 2025 het 0 procent-tarief voor de vennootschapsbelasting. Dit betekent het afschaffen van het fbi-regime voor directe beleggingen. Er geldt echter een tijdelijke vrijstelling van overdrachtsbelasting in 2024 voor herstructureringen.
Vanaf 1 januari 2025 worden de voorwaarden voor belastingplicht van een fonds voor gemene rekening (FGR) aangepast. Dit heeft gevolgen voor de fiscale behandeling van FGRs, waarbij alleen zelfstandig belastingplichtige FGRs nog bestaan onder specifieke voorwaarden.
Vanaf 1 januari 2025 wordt het Nederlandse kwalificatiebeleid van rechtsvormen aangepast aan internationale standaarden. Dit moet kwalificatieproblemen voorkomen en bepaalt dat een commanditaire vennootschap (CV) vanaf 2025 altijd als transparant wordt beschouwd voor Nederlandse fiscale doeleinden.
Een conditionele bronbelasting op dividenden is ingevoerd vanaf 1 januari 2024. Deze belasting van 25,8% wordt geheven op dividenduitkeringen naar landen met lage of geen winstbelasting.
Verdere wetsvoorstellen zijn in de maak, waaronder de afschaffing van de samenloopvrijstelling overdrachtsbelasting bij vastgoedaandelen en een inperking van renteaftrek voor vastgoedlichamen, beiden vanaf 2025.
Deze fiscale veranderingen en ontwikkelingen hebben een aanzienlijke impact op de vastgoedsector. Het is essentieel voor vastgoedprofessionals en investeerders om op de hoogte te blijven en, indien nodig, hun strategieën aan te passen om optimaal te profiteren van de nieuwe regelgeving (bron: vastgoedmarkt.nl)